16 September 2013

De fiets

Nadat mij wel vier oude roestige wrakken met lege banden en een slag in het wiel te koop zijn aangeboden heb ik een nìeuwe fiets gekocht. Prijs: veertig euro. Wil en Inge, die ergens anders wonen, hebben er al eentje gekocht.  Ik scheur door het verkeer, aangestaard door de bevolking. Omdat het vroeg donker is heb ik een soort mijnwerkerslamp voor op mijn hoofd gekocht. Ik zie er idioot uit, zeker als ik een regenjas draag. Deze jas is een soort familietent, waarbij een tweede capuchon op de rug zorgt, dat een eventuele meerijder ook droog blijft.
Maar nog veel raarder zijn de vrouwen als roze engeltjes in korte wijde tulen jurkjes, beige nylons aan, hoge hakken en met een laskap op! Een laskap! Tegen het stof. Sorry hoor, maar dáár val ik als fietsende mijnwerker bij in het niet.

Elke avond schuifel ik op mijn fiets over het opgebroken trottoir, de losliggende tegels en diepe gaten naar een vettig hol; mijn restaurant. De ventilator kan haast niet meer draaien van het aanhangend braadvet. In de keuken moet je liever niet kijken. Het vriendelijk lachend gratenpakhuis dat mijn eten serveert, is mijn vriend. Ik eet uit een gloeiend heet gietijzeren pannetje rijst, gebakken ei en nog iets onduidelijks, plus een kom soep en het is lekker. Voor tien RMB, dat is één euro twintig. Maar daarom doe ik het niet. Het is prettig om een vast adres te hebben. Ze zetten, ter verwelkoming, een vieze stoel voor me klaar als ik met de fiets aan kom rijden. Mijn nieuwe dweil, verlengsnoer, teiltje, emmer, regententjas, tas met schone kleren en de Chinese leerboeken laat ik achter in de fietsmandjes.
Mijn vriend Het Gratenpakhuis let op, terwijl ik eet.
Kijk, zo voel ik me veilig.


2 comments:

  1. Spinoza Bordjes!!

    ReplyDelete
  2. Ik geloof dattie ut doet!
    Niet eerder zo geprobeerd, omdat ik dacht dat alles van anonymous zou komen, door de Chinezen wel buiten de grens gehouden zou worden.
    Bob

    ReplyDelete